Ik vertrek

De vakantietijd staat voor de deur en we trekken de wijde wereld in om na enige weken weer op onze vertrouwde plek terug te keren. We reizen voor ons plezier en genieten, maar zo gaat het niet altijd. Soms wordt gereisd om elders een nieuw bestaan op te bouwen. Mensen, die huis en haard verlaten richting Frankrijk of Italië. Ze gaan ervoor en zien hun vertrek als een uitdaging. Als gelukzoekers zetten ze de stap, die wij niet durven te zetten. We maken een diepe buiging.

Het vertrek is soms gedwongen door oorlogsgeweld of dreiging van oorlog, honger, geen werk. Redenen genoeg om heil en geluk elders te zoeken.

In 1956 emigreerden landgenoten naar Amerika en Canada als reactie op de inval van de Russen in Boedapest om een nieuw bestaan op te bouwen, zoals duizenden Oekraïners in onze tijd hun vertrouwde omgeving verlaten. We hebben ze hier met open armen ontvangen. En ook voor arbeidsmigratie staan we open, we hebben er zelfs belang bij. Maar over gelukzoekers zijn we verdeeld en staan we zelfs tegenover elkaar, de spanning is voelbaar.

Onze wereld zit vol brandhaarden. Muren moeten worden afgebroken, maar in onze tijd worden ze juist opgetrokken. Het woord bewapening klinkt bijna dagelijks in onze oren.

Gelovige mensen zie ik ook als gelukzoekers, Abraham was er eentje. Zijn leven was daar een sprekend voorbeeld van. Hij ziet het zelfs als zijn opdracht. Abram ga, krijgt hij te horen en het wordt zijn levensmotto.

Vanuit het hoge noorden trekt hij steeds verder naar het zuiden. Het geluk lacht hem niet toe. Veel weerstand moet hij overwinnen. Hij moet leven met de belofte, zijn leven lang wat hem zwaar valt. Hij zou het hele land krijgen en hij zou tot een groot volk worden, het was hem immers beloofd, maar het is toekomstmuziek gebleven. Het land dat hij bezat was slechts de grot van Machpela, waarin hij begraven kon worden.
En zijn nageslacht zou uitgroeien tot een hoeveelheid zo omvangrijk als de sterren aan de hemel, maar het bleef steken op een zoon. Sara geloofde er niet meer in en vond het zelfs belachelijk, zodat die zoon de naam Izaäk kreeg.

Reizen hoort bij een mensenleven omdat hij ervoor gebouwd is. Een boot is het veiligst in de haven, maar daarvoor is hij niet gebouwd. Hij moet uitvaren en het ruime sop kiezen. Het reizen hoort bij Abraham en het volk. Het hoort bij ons bestaan als gelovigen.

Aanvankelijk wilden de mensen niet, maar door het niet meer verstaan van elkaar en het onbegrip trokken ze de wijde wereld in. Bij Abraham en het volk wordt het als het ware ingezoomd. Op weg gaan, niet op eigen houtje, maar begeleid met de belofte van God.

Geloven is op weg gaan en de reis aanvaarden.

Het geluk komt je niet aanwaaien, maar je moet het zoeken of zoals Jezus het zegt: 'zoekt eerst het Koninkrijk van God'. Dit sluit naadloos aan bij wat Abraham te horen kreeg, ga! Eeuwen later kreeg Mozes vanuit de braamstruik te horen:

'Ik ben afgedaald om hen uit de macht van de Egyptenaren te bevrijden'.

Een volk onderweg naar morgen wordt bijgelicht door het licht om in het donker niet wanhopig te worden, al kan het donker je alsnog overvallen.
Het volk trekt door de woestijn van pleisterplaats naar pleisterplaats. Het wordt een levenslange tocht. Elke plaats roept een eigen herinnering op. Mara en Elim, Rafidem en de Sinaï, Kades Barnea en de Nebo niet te vergeten. In ons leven roepen ook plaatsnamen en data een herinnering op. Immers soms was je in een hoerastemming en maakte je muziek .Dan weer stond het huilen je nader dan het lachen en voelde je je bedreigd. Soms had je een groot inkasseringsvermogen dan weer een kort lontje. Soms werd je met open armen ontvangen dan weer voelde je je afgewezen.

Er waren momenten dat je een rotsvast geloof had en dan weer overheerste het ongeloof.
Met de mond beleed jij een schepsel van God te zijn, terwijl je je gedroeg als de schepper van God.
Wij hebben nogal de neiging God naar onze hand te willen zetten en maken van hem een standbeeld en zo een karikatuur. Herinneringen kunnen fungeren als een spiegel om naar onszelf te kijken, De toekomst ligt voor ons als de belofte. Mozes beseft dat maar al te goed. Hij krijgt een vergezicht op het land van belofte, vlak voor hij zijn laatste adem uitblaast.
Met het land van belofte voor ogen, een land van louter licht, heeft hij geleefd en is hij gestorven.
Voel jij je een gelukzoeker?

Anne A. Nottelman

Downloaden Kruiskerk-app

t,b,v, Apple ios en Android
app store 117x35
google play 116x35